dinsdag 4 maart 2025

De Drie Sprookjes van de Schaduwkoningen

De Drie Sprookjes van de Schaduwkoningen

Leestijd ongeveer 5 minuten

Luister dit verhaal via YouTube:

Er was eens, in een wereld die door koningen werd bestuurd, een mysterieuze kracht die nooit zichtbaar was. Deze kracht sprak in gefluisterde woorden, schreef wetten zonder pennen en liet oorlogen beginnen zonder wapens op te heffen. Niemand wist precies wie de Schaduwkoningen waren, maar hun hand was overal voelbaar. Ze hielden van verhalen, want verhalen konden mensen laten vergeten wat echt was en hen laten geloven in wat nooit kon zijn.

Het Sprookje van de Torens die Vielen

Lang geleden stonden er drie torens in een rijk dat zichzelf onoverwinnelijk achtte. Het waren geen gewone torens, maar burchten van ijzer en glas, waar de handelaren en heersers van het rijk hun schatten bewaarden. Op een dag, uit het niets, kwamen er negentien woeste ruiters, die vanuit een ver land met messen en toverspreuken de lucht bedwongen. Ze bestuurden vliegende vogels en brachten de torens ten val. Maar vreemd genoeg, een derde toren—die niet eens door een vogel was geraakt—besloot uit medelijden ook om te vallen, op exact dezelfde manier als de anderen.

De koningen van het rijk huilden om hun verlies en vertelden hun volk dat het tijd was om wraak te nemen. "Wij zullen ten strijde trekken!" riepen ze. "Tegen de onzichtbare vijanden die ons haten om wie we zijn!" En zo begon de Grote Oorlog Tegen Angst, die nooit zou eindigen, want hoe bestrijd je iets dat je zelf geschapen hebt?

Het Sprookje van de Onzichtbare Vijand in de Zee

Vele jaren later, toen het rijk zich weer groot en machtig waande, gebeurde er iets vreemds. Diep in de zee, waar niemand ooit kwam, lag een gouden slang die de rijken van de koningen voedde. Deze slang bracht vuur naar het noorden en liet de schatkisten van verre landen overlopen. Maar op een nacht, zonder waarschuwing, werd de slang in stukken gereten.

"Wie heeft dit gedaan?" riepen de koningen. "Het moet onze vijand zijn! De man met de baard en het ijzeren hart!" En het volk geloofde hen. Maar er waren fluisteringen in de wind, en sommige wijzen vroegen zich af: hoe kan een oorlog zonder een strijd worden gevoerd? Hoe kan een gouden slang breken zonder een zwaard? Maar de Schaduwkoningen schreven een nieuw verhaal: "Zes zeemannen op een houten boot, zonder toverkunsten, zonder goud, alleen met moed en een knipoog van de goden, zij waren het!"

En zo werd het nieuwe verhaal geboren, en het volk geloofde opnieuw.

Het Sprookje van de Wachters die Sliepen

Op een dag, in een stad omringd door muren, wachtten de wachters. Zij hadden oren die alles hoorden en ogen die door stenen konden kijken. Geen blad kon vallen zonder dat zij het wisten, geen vogel kon zingen zonder hun goedkeuring. Maar op een mysterieuze morgen, toen de zon opkwam als elke andere dag, gebeurde het onmogelijke.

Een horde van ridders stormde binnen, alsof de poorten open waren gezet. Ze staken huizen in brand, namen schatten mee en lieten chaos achter. De wachters, die alles hadden moeten zien, hadden plots niets gemerkt. "Het was een duistere spreuk," zeiden ze. "Een magie die wij niet konden breken." Maar de wijzen vroegen zich af: kunnen wachters slapen zonder te dromen?

De koningen riepen opnieuw: "Wij moeten wraak nemen! Wij zullen de stad van de ridders verwoesten, steen voor steen, totdat er niets meer overblijft dan zand." En het volk, dat het sprookje geloofde, stond achter hen.

De Moraal van het Verhaal

De Schaduwkoningen vertelden hun verhalen, en het volk luisterde. Want een goed verhaal kan een leugen doen vergeten, en een leugen kan een oorlog beginnen.

Maar diep in het woud, in een verborgen schuilplaats, zaten de oude wijzen bij elkaar. "Hoe vaak moeten we hetzelfde verhaal horen voordat we begrijpen?" vroegen ze. "Hoe vaak moeten we het onmogelijke geloven voordat we zien wie de verhalen schrijft?"

En terwijl het volk in sprookjes bleef geloven, wachtten de Schaduwkoningen op hun volgende meesterwerk. Want zolang er verhalen waren, bleef de waarheid begraven in de diepte van de zee, tussen de stenen van gevallen torens en in de schaduwen van slapende wachters.

—  Einde? Of gewoon het begin van een nieuw sprookje?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten